Abstract
Hedendaagse economieën zijn gebaseerd op de sequentiële verdeling van taken tussen bedrijven. Bij een dergelijke verdeling van taken voegt elk bedrijf waarde toe aan een halffabricaat en verkoopt het door aan een volgend bedrijf totdat een product ontstaat dat gereed is voor de eindconsument. De literatuur noemt zulke netwerken van bedrijven waarde ketens (i.e. ‗supply chains‘).
Academici benadrukken vaak dat bedrijven die onderdeel uitmaken van een waardeketen moeten integreren om de middelenstroom tussen hen te verbeteren. Echter is er onvoldoende begrip wanneer en waarom ketenintegratie daadwerkelijk ontstaat, en wat de (mogelijke) consequenties zijn voor de integrerende bedrijven.
In dit proefschrift onderzoek ik de link tussen een belangrijke contextuele factor (i.e. macht) en ketenintegratie. Terwijl macht is erkend als factor die van grote invloed kan zijn op integratie tussen bedrijven in een waardeketen, is er maar weinig empirisch werk dat deze link onderzoekt (bijv. Casciaro & Piskorski, 2005; Gulati & Sytch, 2007). Daarnaast wordt integratie vaak als eendimensionaal begrip behandeld terwijl er veel verschillende aspecten van ketenintegratie zijn (Van der Vaart & Van Donk, 2008). Al met al begrijpen we dus onvoldoende hoe macht de verschillende aspecten van ketenintegratie beïnvloedt, ondanks dat we weten dat dit een belangrijk vraagstuk is. Dit proefschrift probeert het begrip hieromtrent te vergroten.
In hoofdstuk 1 geef ik een overzicht van literatuur over ketenintegratie. Gebaseerd op de classificatie van Van der Vaart en Van Donk (2008), onderscheid ik drie aspecten van ketenintegratie: opvattingen, praktijken en patronen. ‗Opvattingen‘ geven weer hoe kopende en leverende bedrijven over elkaar en ketenintegratie denken. Integratie is hoog als men vindt dat er bijvoorbeeld gemeenschappelijke doelen zijn en men elkaar vertrouwt. ‗Patronen‘ verwijzen naar interactieve patronen tussen een bedrijf en zijn leveranciers en/of klanten. Integratie is bijvoorbeeld hoog als bedrijven op hoog managementniveau met leveranciers overleggen over strategische zaken. ‗Praktijken‘ zijn tastbare activiteiten of technologieën die de uitwisseling van middelen tussen een bedrijf en zijn leveranciers en / of klanten faciliteren. Integratie is hoog als bedrijven geïnvesteerd hebben in bijvoorbeeld elektronische data uitwisselingssystemen (i.e. ‗Electronic Data Interchange, EDI‘) of voorraadbeheer door de leverancier (i.e. ‗Vendor Managed Inventories, VMI‘).
Gebaseerd op literatuur, betoog ik dat ketenintegratie niet altijd hoog moet zijn zoals dikwijls impliciet of expliciet door onderzoekers verondersteld wordt.
Original language | English |
---|---|
Qualification | Doctor of Philosophy |
Awarding Institution |
|
Supervisors/Advisors |
|
Award date | 18-Nov-2013 |
Place of Publication | Groningen |
Publisher | |
Print ISBNs | 978-90-367-6549-7 |
Electronic ISBNs | 9789036765626 |
Publication status | Published - 2013 |
Keywords
- Productiemanagement
- Integratie
- Taakverdeling
- Macht
- Proefschriften (vorm)
- Economische waarde
- productiemanagement