Coalitie goochelt met gemakzuchtige bezuinigingen

    Press/Media: Public Engagement ActivitiesPopular

    Description

    Opiniestuk voor NRC, 27 juni 2024 over bezuinging op rijksambtenaren van nieuwe coalitie

    Period27-Jun-2024

    Media contributions

    1

    Media contributions

    • TitleCoalitie goochelt met gemakzuchtige bezuinigingen
      Media name/outletNRC
      Country/TerritoryNetherlands
      Date27/06/2024
      DescriptionHet Hoofdlijnenakkoord wil ruim een kwart van de beleidsambtenaren schrappen. Dit zal alleen leiden tot meer ambtenaren en meer spanningen in de broze coalitie, denkt Jan van Helden.

      Wat wil de nieuwe coalitie? De nieuwe regeringscoalitie van PVV, VVD, NSC en BBB wil een bezuiniging van 22 procent op het aantal rijksambtenaren in vier jaar doorvoeren. Het zou gaan om meer dan 25.000 fulltime personeelsplaatsen (fte). Aan het einde van de kabinetsperiode moet daarmee een jaarlijkse bezuiniging van ongeveer 1 miljard euro op de rijksbegroting mogelijk zijn. Vermindering van regels en administratieve lasten, naast een beperking van de inhuur van externen zijn de argumenten voor die bezuiniging. Dit soort holle frasen hebben we eerder gehoord. De nieuwe coalitie zwijgt echter over de vraag welke taken de rijksoverheid moet verminderen of beëindigen.
      Bij de rijksoverheid werken momenteel 150.000 mensen (in fte’s). Maar een flink deel daarvan is uitgesloten van bezuinigingen, met name ambtenaren die werken bij uitvoerende diensten, zoals de belastingdienst en bij agentschappen. Hoeveel ambtenaren blijven er dan over waarop de bezuiniging betrekking heeft? Dat gaat naar schatting om ongeveer 90.000 werknemers. Een vermindering van 25.000 arbeidsplaatsen komt neer op ruim een kwart (28 procent) van de 90.000 arbeidsplaatsen waarop bezuinigd kan worden.
      Omdat uitvoeringsdiensten zijn uitgesloten van de personeelsbezuingingen, valt van nieuwe informatietechnologie ter vervanging van personeel niet veel te verwachten. Want het gaat voornamelijk om beleidsfuncties op de ministeries. Bezuinigingen op mensen die het beleid bedenken zijn slechts mogelijk door minder beleid te maken op een bepaald terrein of daarmee helemaal te stoppen.
      Politici missen vaak het inzicht in hoe ministeries werken. Daarom ligt het voor de hand dat een stuurgroep van hoge ambtenaren de taak krijgt de bezuiniging handen en voeten te geven, vaak met hulp van consultants, waarop de nieuwe coalitie overigens juist wil bezuinigen. Topambtenaren gaan vaak aan de haal met een bezuinigingstaakstelling, en politici steunen dit maar al te graag, omdat ze zelf dan geen initiatief hoeven te nemen.
      Maar de keerzijde is dat die topambtenaren de taakstelling neerwaarts aanpassen, verzachten dus. Vaak doen ze dat met argumenten over de onwenselijkheid of onhaalbaarheid van al te drastische ingrepen. Die ambtenaren willen wel de kastanjes uit het vuur halen voor politici, maar daar moet wat tegenover staan.
      Bovendien kampt de rijksoverheid nu al met achterstanden, waarbij gebrek aan personele capaciteit een belangrijke reden is. Een zwak gemotiveerde personeelsbezuiniging biedt dan slechts voor één of twee jaar soelaas. Knelpunten en achterstanden blijven bestaan en leiden in latere jaren tot een inhaalmanoeuvre, waardoor op termijn de personeelsformatie gelijk blijft of zelfs groeit.
      Tussen 2015 en 2024 is het aantal rijksambtenaren toegenomen van 109.000 naar 150.000 fte’s, een groei van 38 procent in tien jaar. De nieuwe coalitie wil drie extra ministeries, en dat zal die groei verder aanwakkeren. Het in toom houden van de groei van het aantal ambtenaren wordt al met al een zware opgave.
      Om ruim een kwart van het personeel weg te bezuinigen zijn vergaande maatregelen nodig. Het natuurlijk personeelsverloop bedraagt ongeveer 5 procent per jaar, dus over de hele kabinetsperiode 20 procent, 4 jaren maal 5 procent. Maar alle openvallende vacatures onvervuld laten, zal de kwaliteit van het werk ernstig aantasten. Het is redelijk te veronderstellen dat de helft van het natuurlijk verloop, dus circa 10 procent van het personeelsbestand onvervuld kan blijven, en dus ‘wegbezuinigd’ wordt, terwijl de overige 10 procent opnieuw kan worden vervuld via externe werving. Maar dan resteert er nog een grote kloof tussen de 28 procent taakstellende bezuiniging en de bezuiniging via natuurlijk verloop van 10 procent.
      Volgt dan ontslag voor de bijbehorende ambtenaren? Bij de Nederlandse overheid geldt de respectabele traditie gedwongen ontslagen te voorkomen, mits zittend personeel meewerkt aan noodzakelijke overplaatsing. Willen PVV, VVD, NSC en BBB deze traditie over boord gooien? Daarover staat niets in het Hoofdlijnenakkoord. Bovendien, bij gedwongen ontslagen vindt betaling van werkloosheidsuitkeringen plaats die gedurende de eerste jaren een flink deel van de gewenste bezuinigen teniet doen. Al met al lijkt een drastische bezuiniging op het aantal rijksambtenaren zoals voorgesteld, voor minder dan de helft haalbaar.
      De door de nieuwe coalitie voorgestelde bezuiniging op het aantal rijksambtenaren is gemakzuchtig omdat een visie op vermindering of beëindiging van taken ontbreekt en geen rekening wordt gehouden met voorzienbaar personeelsverloop. Een flink deel van de daarmee samenhangende financiële bezuinigingen is niet te realiseren. Dat geldt ook voor andere bezuinigingen, zoals op de afdracht aan de Europese Unie en een tijdelijke nullijn voor ambtenaren.
      Het uitgangspunt van een sluitende begroting, tenminste een begroting met een tekort van lager dan 3 procent van het bbp, komt daarmee onder druk te staan. De nieuwe regering zal dan extra moeten bezuinigen of een deel van de geplande belastingverlaging moeten opgeven. Dit zal tot spanningen in de toch al broze coalitie leiden.

      Jan van Helden is emeritus hoogleraar aan Rijksuniversiteit Groningen en oud-gedeputeerde van de provincie Groningen
      PersonsJan van Helden